In een wereld waarin het klimaat verandert, is het essentieel om stedelijke gebieden voor te bereiden op de uitdagingen die dit met zich meebrengt. Een klimaatbestendig Nederland is nodig om ons te beschermen tegen extreme weersomstandigheden (zoals hevige piekbuien, lange periodes van droogte en hoge temperaturen) en andere klimaatgerelateerde problemen. In dit blogartikel delen we 5 waardevolle tips voor een klimaatbestendig Nederland.
1. Ruimtelijke ordening en bouwvoorschriften
Door klimaatadaptieve maatregelen te integreren en strengere bouwvoorschriften op te leggen, kunnen we de uitdagingen van klimaatverandering het hoofd bieden en ons land veerkrachtiger maken voor de toekomst. Het integreren van klimaatadaptieve maatregelen in bouwontwerpen is nodig om onze gebouwen en leefomgevingen te beschermen tegen onder andere overstromingen en wateroverlast. De regels moeten bovendien niet alleen voor nieuwbouw gelden, maar juist ook bij renovaties.
Zo zorgt het verhogen van vloerniveaus er bijvoorbeeld voor dat gebouwen minder vatbaar zijn voor overstromingen, terwijl het gebruik van overstromingsbestendige materialen de schade door water vermindert. Ook het creëren van groene ruimtes is essentieel. Deze groene oases werken als natuurlijke sponzen, waarbij planten en bodems overtollig water absorberen en vasthouden en hiermee overstromingsrisico's verminderen. Bovendien bevorderen groene ruimtes de biodiversiteit en dragen ze bij aan een gezondere leefomgeving voor mens en dier.
Om klimaatadaptieve maatregelen succesvol te implementeren, moeten bouwvoorschriften aanzienlijk strenger worden. Denk aan waterneutraal bouwen (al het regenwater op eigen perceel verwerken en niets afvoeren naar omliggende percelen en/of riolering), het definiëren van de juiste verhouding tussen grijze en groene gebieden in steden en een realistischere norm neerzetten dan de 3-30-300 regel die veel Nederlandse gemeenten hanteren. Deze vuistregel betekent dat iedereen vanuit huis, school of werk minimaal 3 bomen moet kunnen zien, de buurt minimaal 30% bladerdek moet hebben, en er een groene ruimte van minimaal 1 hectare binnen 300 meter van huis moet zijn. Natuurlijk zijn bomen een essentieel onderdeel in een stad, maar struiken, kruiden en gras zijn minstens zo essentieel. Variatie en gelaagdheid van het groen is juist belangrijk én beter haalbaar in onze steden.
2. Watermanagement en overstromingspreventie
Investeren in watermanagement en overstromingspreventie is nodig voor een klimaatbestendig Nederland. Het versterken van dijken en het aanleggen van wateropvanggebieden zijn twee essentiële pijlers van overstromingspreventie.
Het versterken van dijken omvat het verbreden en verhogen van dijken, waardoor ze beter bestand zijn tegen hoge waterstanden en golfslag. Echter, enkel dijkversterking is niet houdbaar in de tijd omdat klimaatverandering een dynamisch proces is. De zeespiegel stijgt en extreme weersomstandigheden komen steeds vaker voor. Als we ons alleen richten op dijkversterking zonder bredere maatregelen te nemen, dan kunnen we uiteindelijk tegen onze grenzen aanlopen. Daarom is het van essentieel belang om een geïntegreerde aanpak te hanteren, zoals het Ruimte voor de Rivier-programma, waarbij naast dijkversterking ook ruimte is gecreëerd voor natuurlijke waterberging, het verruimen van rivieren, het verlagen van uiterwaarden, en het creëren van nevengeulen om meer ruimte te bieden aan waterafvoer bij hoogwater. Dit zorgt ervoor dat onze rivieren meer water kunnen bergen en daarmee het risico op overstromingen verkleinen.
3. Groene steden en stadsontwikkeling
Het integreren van natuurlijke elementen in stadsontwikkeling helpt bij het verminderen van hitte-eilanden, het vasthouden van regenwater en het bevorderen van biodiversiteit. Denk aan groene daken, parken, groenstroken en verticale tuinen. Stadsontwikkeling kan zich richten op de volgende maatregelen.
-
Hitte-eilanden verminderen. Steden hebben vaak hogere temperaturen dan hun omgeving, dit wordt een hitte-eiland genoemd. Door groene daken, parken, groenstroken en verticale tuinen toe te voegen, kunnen steden koeler worden. Planten en bomen bieden schaduw en verdampen vocht, wat de omgevingstemperatuur verlaagt en helpt om het hitte-eilandeffect te verminderen.
-
Regenwater vasthouden. Meer groen zorgt voor een natuurlijke spons. Groene daken en vegetatie in parken en groenstroken kunnen regenwater opvangen, vasthouden en laten infiltreren, waardoor overbelasting van rioleringssystemen tijdens zware regenval wordt voorkomen. Dit helpt overstromingen te verminderen en zorgt ervoor dat het regenwater geleidelijk in de bodem infiltreert.
-
Bevorderen van biodiversiteit. Natuurlijke elementen in de stedelijke omgeving trekken verschillende planten- en diersoorten aan, wat de biodiversiteit verrijkt. Groene daken en verticale tuinen bieden leefgebied voor insecten en vogels, terwijl parken en groenstroken een toevluchtsoord worden voor verschillende dieren en planten. Dit draagt bij aan een gezonder en gevarieerder ecosysteem in de stad.
-
Luchtkwaliteit verbeteren. Meer groen helpt bij het filteren van luchtverontreinigende stoffen en het opnemen van kooldioxide. Bomen en planten verminderen de concentraties van schadelijke stoffen, waardoor de luchtkwaliteit verbetert en de gezondheid van stadsbewoners wordt beschermd.
-
Verbetering van leefbaarheid. Groene ruimtes in steden bieden plekken voor recreatie, ontspanning en sociale interactie. Mensen genieten van groene parken, terrastuinen en andere natuurlijke omgevingen, wat bijdraagt aan een betere levenskwaliteit.
4. Samenwerking en beleidsintegratie
Klimaatbestendigheid vereist een geïntegreerde aanpak en samenwerking tussen alle belanghebbenden. Het is daarom noodzakelijk om beleidsintegratie op verschillende niveaus te stimuleren, publiek-private samenwerking te bevorderen en burgers en gemeenschappen te betrekken bij beslissingen die een impact hebben op de klimaatbestendigheid.
Beleidsintegratie op verschillende niveaus bereiken we door gecoördineerde samenwerking tussen overheidsinstanties, waarbij klimaatbestendigheid wordt opgenomen in verschillende beleidsterreinen zoals stedenbouw, waterbeheer en milieu. Denk ook aan het opstellen van gezamenlijke richtlijnen, het delen van informatie en het organiseren van regelmatige overleggen tussen betrokken partijen.
Het bevorderen van publiek-private samenwerking doen we door bedrijven, industrieën en andere private stakeholders te betrekken bij klimaatbestendigheidsinitiatieven. Triggers hiervoor zijn het aanbieden van belastingvoordelen of subsidies voor investeringen in duurzame praktijken. Ook het faciliteren van open dialogen en partnerschappen tussen publieke en private partijen kan de uitwisseling van kennis en middelen bevorderen.
Om burgers en gemeenschappen te betrekken bij beslissingen die hun omgeving beïnvloeden, is communicatie van essentieel belang. Dit kan door het organiseren van openbare bijeenkomsten, workshops en burgerpanels; dit geeft ze een platform om hun stem te laten horen en input te geven. Een mooi voorbeeld is ook de Jonge Klimaatbeweging, die de stem van jongeren vertegenwoordigt in het klimaatdebat namens meer dan 55 diverse jongerenorganisaties. Door in gesprek te gaan met politici en campagnes te voeren probeert deze organisatie het klimaat- en duurzaamheidsbeleid te beïnvloeden. Het gebruik van digitale platforms (zoals www.hallogrrroen.nl) en sociale media kan ook de betrokkenheid vergroten door informatie te verspreiden, meningen te verzamelen en bewustzijn te creëren over klimaatgerelateerde kwesties.
5. Bewustwording en educatie
Bewustwording en educatie spelen een belangrijke rol in een groenere toekomst; onbekend maakt onbemind. Burgers, bedrijven en overheden moeten volledig op de hoogte zijn van de gevolgen van klimaatverandering en aangemoedigd worden tot duurzame gedragsverandering, zoals het verminderen van water- en energieverbruik. Dit kunnen gemeenten niet alleen. Het publiek terrein beslaat slechts uit 40% ten opzichte van 60% privaat terrein. Willen we dus echt stappen maken in klimaatbestendigheid, moet ook het privaat terrein mee in de verandering. Enkele strategieën om burgers, bedrijven en overheden te informeren en aan te moedigen tot duurzame gedragsverandering:
-
Informatiecampagnes via verschillende media (zoals tv, radio, sociale media, en websites) om informatie te delen over de gevolgen van klimaatverandering en de voordelen van duurzaam gedrag. Met eenvoudige taal, visuele content en praktische tips om de boodschap toegankelijk te maken.
-
Educatieve programma's voor scholen, gemeenschapscentra en bedrijven om mensen bewust te maken van klimaatkwesties. Dit kan workshops, lezingen en educatieve materialen omvatten, gericht op zowel kinderen als volwassenen.
-
Demonstratieve projecten met tastbare voorbeelden van duurzame praktijken, zoals het omzetten van lege terreinen in groene parken, het installeren van zonnepanelen op openbare gebouwen, en het promoten van waterbesparende technologieën. Dit inspireert en moedigt anderen aan om vergelijkbare stappen te zetten.
-
Partnerschappen met maatschappelijke organisaties, bedrijven en lokale overheden om gezamenlijke bewustwordingscampagnes te creëren. Samenwerking versterkt de boodschap en vergroot het bereik.
-
Beloningen en erkenning voor individuen en bedrijven die duurzame praktijken aannemen, zoals het verminderen van water- en energieverbruik. Erkenning voor positieve acties kan anderen motiveren om soortgelijke stappen te ondernemen.
-
Interactieve online platforms waar mensen informatie kunnen vinden, hun ervaringen kunnen delen en vragen kunnen stellen over duurzaamheid. Dit bevordert een gemeenschap van gelijkgestemde individuen en versterkt het leren van elkaar.
Conclusie
Samengevat bieden deze 5 tips een solide basis voor het opbouwen van een klimaatbestendig Nederland, waarmee we onze veerkracht vergroten en een duurzamere toekomst creëren. Heb je vragen of wil je meer informatie? Neem gerust contact met ons op.